Wisselstroom en gelijkstroom


Wisselstroom en gelijkstroom

Hier een korte uitleg over wissel-stroom en gelijk-stroom. Wat is nu precies het verschil tussen die twee en waar moet je op letten als je een voeding voor je elektronica circuit gebruikt? Kan ik niet gewoon iedere voeding gebruiken voor mijn elektronica project vraag je jezelf misschien af? Nee dat kan helaas niet.

Je moet namelijk niet alleen letten op het juiste voltage maar ook of je te maken hebt met AC of DC. Bovendien moet een voeding goed gestabiliseerd zijn voor je elektronica circuit.

De afkorting AC betekent Alternating Current (wissel-stroom) en DC betekent Direct Current (gelijk-stroom). Het onderscheid tussen AC en DC worden overigens ook gebruikt als er over voltage en elektronische signalen wordt gesproken waarbij geen sprake is van stroom. Om dit even duidelijk te maken, als we het normaal gesproken bij de elektronica over stroom hebben dan bedoelen we hiermee amperage. We spreken van spanning als we voltage bedoelen. De term stroom kan in dit geval echter gebruikt worden voor ieder voltage of stroom in een circuit.

Alternating Current (AC)

Alternating Current (AC) stroomt eerst de ene richting op en vervolgens de andere kant, continue van richting veranderend.

Een AC voltage verandert continu tussen positief (+) and negatief (-). Een pool (aansluitdraad) is dus heel snel afwisselend dan weer positief (+) en vervolgens weer negatief (-).

De snelheid waarin de richting verandert wordt de frequentie van de AC genoemd en wordt uitgedrukt in hertz (HZ). Dit is het getal dat het aantal richtingveranderingen per seconde aangeeft. De elektriciteit die uit het lichtnet komt heeft in Europa een frequentie van 50 HZ. Dit betekent dat de wisselstroom bij ons 50 keer per seconden van richting verandert.

Een wisselstroom voeding is geschikt voor het voeden van b.v. motoren (stofzuiger) of verlichting maar de meeste elektronische circuits hebben gelijkstroom (DC) nodig.

Direct Current (DC)

Direct Current (DC) stroomt altijd in dezelfde richting maar het kan wel toenemen of afnemen. Er is dus altijd een pool (aansluitdraad) die negatief is (-) en één pool (aansluitdraad) die positief is (+).

Elektronica circuits hebben normaal gesproken een stabiele DC voeding nodig welke constant één en hetzelfde niveau afgeeft. Batterijen en zogenaamde gestabiliseerde voedingen geven de benodigde stabiele gelijkstroom af die ideaal is voor elektronische circuits.

Voedingen bevatten een zogenaamde transformator. Deze transformator zet de gevaarlijke wisselstroom van 230 volt om naar een lager wisselstroom voltage. Vervolgens wordt de wisselstroom omgezet in een gelijkstroom door het gebruik van een zogenaamde gelijkrichter, ook wel brugcel genoemd. De output is hierbij echter een variërende gelijkstroom en deze is nog niet geschikt voor elektronica circuits.

Daarom zit er in de meeste DC voedingen ook nog een elektrolytische condensator om een stabiele gelijkstroom te genereren. Deze gestabiliseerde gelijkstroom is dan eindelijk geschikt voor je elektronica circuits.

Zorg dus altijd dat je een gestabiliseerde voeding gebruikt voor je elektronica projecten. Een voeding die zowel 5 volt, 9 volt als 12 volt kan geven verdient de voorkeur. Soms heb je 3,3 volt nodig maar dit komt weinig voor. Dat is meestal het geval als je werkt met sommige soorten microcontrollers. Let ook op het amperage van de voeding. Die wordt meestal in milli amperes aangegeven (ma). 1 Ampere is 1000 ma. Welk amperage je nodig hebt hangt af van je project. Met een voeding die 300-500 ma afgeeft kan je de meeste kleine projecten wel aan.